Beginnend met Frankrijk… het zal een monsterachtige schande zijn om de lekkere Tartiflette niet te proberen, een mix van ui, knoflook en gesneden aardappels met gebruinde krokante spekreepjes, met een overvloedig laagje romige reblochon kaas. Dit is een maaltijd die je verdient na een energieke dag op de pistes. Voor skiërs die plannen om na de lunch weer de pistes op te gaan, is een goede optie de Soup Aux Callious (steensoep in het Nederlands), een hartige groentesoep, traditioneel gekookt met een paar stenen die rondrollen in de soep als een hulpmiddel blender. Voor degene die wat zoets willen, kunnen zich overgeven aan een plakje Tarte Aux Myrtilles. Terwijl degene die de maaltijd wil eindigen met een drankje of twee kan de lokale Genipi proberen. Het is vergelijkbaar met absint, dit zoete drankje is groen van kleur en komt van de alsem plant die op grote hoogtes gevonden kan worden.
Oostenrijk is een sterke speler met zijn kenmerkende alpine gerechten. Probeer een Tiroler gröstl, een krokante hash brown. Uien, gefrituurde aardappelen en vlees gekruid met een mix speciale kruiden en specerijen die het een distinctieve smaak geven. Wat is er niet lekker te vinden? Schnitzel met preiselbeeren is degene! Je kan Oostenrijk niet verlaten zonder een Schnitzel te eten – deze geplette kalfsvlees gewikkeld in gebakken krokant gouden beslag klinkt misschien simpel maar het gaat geweldig met koud bier. Voor dessert is appelstrudel een veilige optie, maar de minder bekende Germknödel is veel gedurfder. Wanneer je een mondvolle hap neemt van deze knoedel, bereik je het zachte centrum gevuld met pruimenjam, gezoet door de boter buitenkorst met poedersuiker en maanzaad. Apres ski, geniet van een Jägertee (helemaal niet zoals Jagermeister). Een fusie smaken zoals rode wijn, pruimen schnapps gekruide rum, sinaasappelsap en thee met een hint van citroen, kaneel en kruidnagel om een extra winterkick te geven.
In het buurland Zwitserland zijn er vele warme lekker gerechten die op je wachten. Natuurlijk komt fondue in het hoofd maar er zijn vele andere gerechten te proberen. De bekende Raclette moet je proberen, een geroosterd kaasgerecht waar je de gezouten kaas opwarmt op een gril of in open vuur. Wanneer de kaas gesmolten is schraap je (racler is het Franse werkwoord voor schrapen) het op je schotel met gekookte aardappelen, mini augurken, zure uien en vleeswaren. De Zwitserse rösti is het perfecte berg comfort food, de krokantheid van de gefrituurde gestampte aardappel smelt in je mond met elke hap, terwijl de Alpermagronnen de Zwitserse variant is van macaroni met kaas. Het alpine gevoel is een beetje kaneelgekruide appelsaus met gekarameliseerde uien op de top. Om gepaard te gaan met je diner, waarom probeer je een fles Petite Arvine niet, een lokale witte wijn die van de druiven komen van de Valais regio.
Terwijl aardappel het hoofdbestanddeel is van Frankrijk en Zwitserland, zijn de Italianen bekend voor minderbekende maismeel gemaakte Polenta. Hoewel aardappelen de voorkeur kan hebben voor degene die sceptisch is over polenta, hebben het niet op z’n best geprobeerd. Het wordt van het begin gemaakt en langzaam gekookt met strooi kruiden, geserveerd met een rijke, langzaam gekookte vleesgerecht. De Italianen doen het goed. De charcuterie van Italiaanse keuze is Bresaola, de lekkere gezouten rundvlees van de Valtellina regio, waar het rundvlees voor drie maanden gehangd wordt om het een distinctieve smaak te geven. Als je wat anders wil proberen, ga voor de “Priest stranglers”, de pias naam gegeven aan een maaltijd van sappige lichte spinazie knoedels. Om te paren met je diner, bestel een rode Lagrein, een lokale wijn van de Trentino regio.
